We zien de laatste jaren een groot succes voor radicaal-rechtse partijen. In mijn eigen online bubbel was het compleet niet denkbaar dat je op een veroordeeld crimineel met anti-democratische retoriek én acties zou stemmen. Wie zou dat met zijn goede verstand doen?
De overwinning lijkt nog groter te worden dan in 2016. Niet te geloven, maar het gebeurt. De PVV als (veruit) grootste partij in Nederland was ook niet te geloven, maar toch gebeurd. En dat geldt voor allerlei radicaal-rechtse successen in verschillende landen.
De verklaring is eigenlijk verbazingwekkend simpel. Belangrijke issues verschillen van verkiezing tot verkiezing, maar de fundamentele scheidslijnen die eronder liggen - en aardig kunnen verschillen per land - zijn redelijk constant. Het werk van Lipset en Rokkan, 'Cleavage structures, party systems, and boter alignments: an introduction' (1967) is enorm interessant om te lezen.
Ze zagen als belangrijke scheidslijnen: centrum vs periferie, staat vs kerk, kapitaal vs arbeiders en land vs industrie. Als het over traditioneel links-rechts gaat, wordt gesproken over deze scheidslijnen in een economisch perspectief. Dus de armen (zoals arbeiders en periferie) tegenover de rijken (zoals kapitaal en centrum) bijvoorbeeld.
Sinds eind vorige eeuw verandert globalisering de politieke realiteit wereldwijd, of in elk geval in het westen, zodanig dat de oude scheidslijnen niet leidend meer zijn. Het leidt tot een tegenstelling tussen winnaars en verliezers van globalisering. Interessant stuk hierover is van Kriesi, 'restructuration of partisan politics and the emergence of a new cleavage based on values' (2010).
De nieuwe scheidslijn heeft geleid tot nieuwe politieke stromingen: new left en radical right. Dit leidt tot een culturele tegenstelling tussen progressieven en conservatieven. Tegenwoordig is dit meer wat met links-rechts bedoeld wordt.
Partijen die vroeger groot waren, zoals PvdA, CDA en VVD, doen het over het algemeen slechter omdat de oude scheidslijnen minder relevant worden. Niet voor niets waren GroenLinks en PVV de grootste partijen hier dit jaar. Maar je ziet dat partijen en stemmers niet hetzelfde doen.
Een partij als PvdA was economisch 'vroeger' links en is 'nu' cultureel ook links. Veel kiezers die economisch 'vroeger' links waren zijn 'nu' cultureel rechts. Een partij als PVV pakt nu dus veel stemmen die vroeger naar PvdA gingen.
Trump is een belichaming van waar radicaal rechts voor staat: conservatieve waarden, immigratie beperken, de stem van 'het volk' vertolkerd tegenover 'de elite', nationalistisch
De vraag is op welke manier de 'new left' een tegengeluid kan bieden die electoraal succesvol is. De kiezersgroep radicaal rechts lijkt veel groter te zijn, zeker als het over migratie gaat.