Ook een poging gewaagd en kan me 100% vinden in de recensie van de Volkskrant.
Ironie of ernst, het is bij Goldband nooit duidelijk of ze het menen en wat precies. Op hun nieuwe album staan veel verwijzingen naar de problemen die te veel drank en drugs hen hebben opgeleverd. Verlies aan vriendschap en liefde, gevoelens van paranoia: allemaal vervelend. Maar in elk liedje schreeuwt de onmacht om dit goed te verwoorden harder dan de vaak net iets te wanhopige zang. Het wemelt van platitudes als ‘Ben ik de jager of de prooi’ en slechte rijmpjes (‘Alles staat in vuur en vlam, dit wordt onze ondergang’).
En als ze dan echt even een serieuze vraag stellen zoals in Stop met kijken (‘Ben ik nu gek of niet of komt het door de speed’) dan klinkt het beoogde gospelgeluid zo over de top dat ze hun doel voorbijschieten. Een waarschijnlijk serieus bedoeld liedje als Het is voorbij wordt ondanks de smekende zang door de tekst (‘Jij bent alles wat een man kan vragen/Voor altijd herinner ik me mooie dagen’) vooral ridicuul.
Het nummer FML klinkt met een straffe technobeat nog stijlvast, totdat er aan het einde een lelijke operastem opdoemt. Hou het simpel, denk je indachtig het gelijknamige liedje op Samen tegen elkaar. Dat begint gelukkig, ‘hop hop hop’, een beetje Joost-achtig met een Paul Elstak-beat. Maar dan moet een spuuglelijke gitaar het nummer zo nodig weer openbreken, voor wat gespeelde wanhoop. Muzikaal wil Goldband te veel en tekstueel kunnen ze te weinig.